Hoe werkt de wachtlijst voor een woning in eigendom?
Sta je ingeschreven op de wachtlijst van de vroegere sociale huisvestingsmaatschappijen (Cordium, Hacosi, Nieuw Dak, Maaslands Huis, Ons Dak, Nieuw Sint-Truiden, Kantonnale Bouwmaatschappij, Kempisch Tehuis, Woonzo)? Dan sta je op de wachtlijst voor het huren van een woning die eigendom is van Wonen in Limburg. De volgorde van deze wachtlijst is op volgorde van de inschrijvingsdatum.
Algemeen
Als je ingeschreven bent als kandidaat-huurder, kom je op een wachtlijst. Nu zit je in een wachttijd, tot het jouw beurt is om een woning van jouw keuze te kunnen huren. Telkens als er een woning gelijkaardig aan jouw keuze verhuurd wordt, schuif jij omhoog op de lijst, tot je bovenaan staat. We kunnen nooit op voorhand zeggen hoe lang het zal duren vooraleer jij een woning aangeboden krijgt.
De volgorde op de wachtlijst is de volgorde van inschrijven. We kijken naar jouw inschrijvingsdatum. Als je inschrijft, kom je dus op de onderste plaats terecht. Dat wil zeggen dat als jij bent ingeschreven op plaats 100, eerst de 99 mensen voor jou een woning krijgen.
Bij de toewijzing van een woning moet Wonen in Limburg rekening houden met de wet. Dat is aan de ene kant de regel van de rationele bezetting, en aan de andere kant de toepassing van voorrangsregels.
1. Toewijzingsregel: rationele bezetting
Wie krijgt er wanneer een woning? Dat hangt in eerste plaats af van de grootte van de woning, waarbij we rekening houden met de samenstelling van je gezin. We streven naar een rationele bezettingsgraad.
Wat is een rationele bezettingsgraad?
Woongelegenheid met 5 slaapkamers |
Bij voorrang voor gezinnen met 4 tot 8 kinderen of andere inwonende personen, rekening houdend met het geslacht van de kinderen
|
Woongelegenheid met 4 slaapkamers |
Bij voorrang voor gezinnen met 3 tot 6 inwonende kinderen of andere personen, rekening houdend met het geslacht van de kinderen
|
Woongelegenheid met 3 slaapkamers |
Bij voorrang voor gezinnen met 2 tot 4 inwonende kinderen of andere personen, rekening houdend met het geslacht van de kinderen
|
Woongelegenheid met 2 slaapkamers |
Bij voorrang aan een alleenstaande of gezinnen of eenoudergezinnen met maximaal 2 kinderen, rekening houdend met het geslacht van de kinderen
|
Woongelegenheid met 1 slaapkamer |
Bij voorrang voor koppels zonder inwonende kinderen of andere personen en voor alleenstaanden
|
Een hogere woningbezetting kan alleen maar als er in het gebied van je keuze geen grotere woning is. En dan mag het nog nooit hoger zijn dan 2 personen per slaapkamer groter of gelijk aan 11 m² of 1 persoon in een slaapkamer die kleiner is.
Er wordt rekening gehouden met de kinderen die niet altijd bij het gezin verblijven omwille van bijvoorbeeld omgangsrecht, co-ouderschap of plaatsing van de kinderen. De kandidaat-huurder moet dat wel melden bij inschrijving. Er wordt ook rekening gehouden met inwonende meerderjarige kinderen. Zij moeten niet voldoen aan de inschrijvingsvoorwaarden.
Wat doen we als er geen kandidaat-huurders op de lijst staan waarvoor deze rationele bezettingsgraad maximaal geldt? Dan kijkt Wonen in Limburg op de wachtlijst naar kandidaat-huurders waarvan de gezinssamenstelling één persoon (anders dan de ouders) minder telt.
2. Voorrangsregels
Naast de algemene regel bestaan er voorrangsregels. In verschillende situaties moeten we voorrang geven. De voorrangsregels zijn bepaald door de Vlaamse overheid. Ze staan in volgorde van belangrijkheid. We beginnen met de belangrijkste:
1. Sommige woningen zijn aangepast aan de fysieke gesteldheid van de kandidaathuurder. Deze woningen zijn gereserveerd voor:
- kandidaten met een fysieke handicap of beperking
- zorgbehoevende senioren(+65). Dit zijn sociale assistentiewoningen. Kandidaten bezorgen Wonen in Limburg een ondertekende BEL-schaal door een huisarts of verpleegkundige organisatie, waarin duidelijk de zorgbehoefte wordt aangeduid.
- Kandidaten die in aanmerking komen voor een ADL-woning. Als kandidaat ben je ingeschreven bij Wonen in Limburg als bij ADO-Icarus.
2. De huidige sociale huurwoning is overbezet. Dit betekent dat de huidige gezinssituatie de minimale bezettingsnormen van de sociale huurwoning overstijgt.
3. De kandidaat-huurder moet verplicht zijn sociale huurwoning verlaten om de persoon die meer langer in de aangepaste woning (zie 1) woont.
4. De kandidaat-huurder oefent met succes het verhaalrecht uit. Dit betekent dat hij/zij door de toezichthouder in het gelijk gesteld werd. Wonen in Limburg volgt die beslissing naar aanleiding van volgende beslissingen:
- de beslissing van Wonen in Limburg om een woning toe te wijzen aan een andere kandidaat-huurder
- de beslissing van Wonen in Limburg om de toewijzing van een woning te weigeren aan de kandidaat-huurder.
5. De kandidaat-huurder moet verplicht zijn private woning verlaten. (art. 6.19, eerste lid, 5° BVCW)
6. De kandidaat-huurder bewoont een sociale huurwoning die niet voldoet aan de rationele bezetting, en die wil verhuizen naar een sociale huurwoning van dezelfde verhuurder.
7. De kandidaat-huurder van wie de familieleden nog in het buitenland wonen en waarvan de toekomstige gezinshereniging gemeld is bij inschrijving.
8. De kandidaat-huurder die woont in een goed dat niet hoofdzakelijk bestemd is voor wonen.
9. De kandidaat-huurder die in een slechte woning woont inzake woonkwaliteit, krijgt voorrang waar zijn/haar hoofdverblijfplaats is. Deze slechte woning moet o ofwel onbewoonbaar verklaard zijn volgens art. 135 van de Nieuwe Gemeentewet o ofwel met toepassing van art. 3.12 of 3.16 van de VCW ongeschikt verklaard zijn, voor zover die woning op het technisch verslag minstens 3 gebreken van categorie II of III vertoont onder de hoofdrubrieken ‘Omhulsel’ of Binnestructuurt.
10. Een minderjarige kandidaat-huurder die ontvoogd is.
11. Als je al drie jaar woont in de gemeente waar de woning ligt die je toegewezen krijgt (=lokale binding).
12. Als je woont in het werkgebied van Wonen in Limburg
13. Sommige gemeenten hebben nog bijkomende voorrangsregels bepaald voor de sociale woningen op hun grondgebeid.
3. Uitzonderingen op voorrangs- en toewijzingsregels
Soms kan Wonen in Limburg afwijken van deze toewijzingsregels. Dat kan alleen bij zeer ernstige sociale omstandigheden. Daarvoor is een sociaal verslag van het OCMW of andere sociale organisatie nodig. Een OCMW kan voor daklozen ook een versnelde toewijzing vragen. Wonen in Limburg kan in dat geval begeleidende maatregelen vragen.